Frank Stegers Tuinontwerp

  • budget
  • tijd en ruimte (maat plant?beschikbare ruimte)
  • functie van de beplanting (kijk, beleef, begeleidend, gebruik, defensief)
  • zorg voor houvast (vaste constanten)
  • evt zijn die ontwerpbepalend (div. knipvormen als architectuurplanten)
  • zorg voor rustposities, niet alles fleurig/flamboyant (balans) (gras, bodembedekkers)
  • let op juiste verhoudingen in grootte van de groepen (in relatie met opp.)
  • plafondwerking inbouwen als die er nog niet is
  • less is more-begrip relativeren
  • bloeitijd/sierwaardeperiode spreiden
  • gebruik hoogtecontrasten (dieptewerking)(let op evenwichtige verhoudingen van de diverse massa’s)
  • gebruik plantvormcontrasten (opgaand, breed spreidend, los(grassen)
  • gebruik bladvorm- en textuurcontrasten
  • varieer met bloemvormen (scherm, knoop/bol, aar, pluim, filter en composiet)
  • denk ook aan diverse tinten “groen”(m.n. in een groene tuin)
  • bloemkleur als laatste (sterk contrast evt. complementair, zwak contrast, harmonie)
  • zeker niet te veel contrast (m.n. in kleur) (overstimulatie van het oog)
  • herfstkleuren (blad en bessen)
  • vergeet het winterbeeld niet (takken, grassen, zaaddozen, “droogbloemen”)
  • oplichtende planten voor donkere hoeken (bijv. wit en blauw)
  • zonlichtsuggerende planten
  • warme kleuren voorin dan wel achterin (resp. in lange en ondiepe tuinen)
  • idem voor blad- en plantgrootte (vergelijk bijlage Groei en Bloei april 06)
  • (na)zomerbloeiende vaste planten voorin, vroegbloeiers in midden of achter
  • planten voor beweging
  • geurplanten

bos 4 1023x683